Het CBS meldde onlangs dat ouderen in Nederland, 45-plussers, maar zelfs ook 65-plussers(!), steeds actiever worden op sociale media.
Internettoegang
Eind vorig jaar publiceerde het CBS al een onderzoek waaruit bleek dat vooral onder 75-plussers de toegang tot en het gebruik van internet de afgelopen jaren is toegenomen. In 2016 kon 60 procent van de 75-plussers thuis het internet op, en de helft maakte er ook gebruik van. Vier jaar eerder was dat in beide gevallen nog iets meer dan 40 procent. Bij de 65- tot 75-jarigen groeiden internettoegang en -gebruik tegelijkertijd minder snel. Nu is er dus een relatieve groei zichtbaar bij 65-plussers.
Internetgebruik:
bron: CBS
Cijfers gebruik Social Media
Uit onderzoek van het CBS blijkt dat acht op de tien Nederlanders van 12 jaar of ouder gebruik maakt van sociale netwerken als WhatsApp, Facebook en Twitter. De afgelopen jaren is het gebruik hiervan onder ouderen toegenomen, de cijfers voor het gebruik van 12- tot 25-jarigen bleef met 95 procent vrijwel gelijk. Onder 45- tot 65-jarigen nam het gebruik van sociale media toe van 70 procent in 2014 tot 83 procent in 2016. Bij 65-plussers steeg het aandeel van 26 procent naar 39 procent.
Gebruik sociale netwerken naar leeftijd:
bron: CBS
Voornamelijk berichten
In 2016 was bijna 80 procent van de 12-plussers actief op sociale netwerken, in 2014 was dit nog bijna 72 procent. Drie kwart gaf aan berichten met anderen uit te wisselen, bijvoorbeeld via Skype Messenger of WhatsApp. Twee jaar eerder was dit nog 63 procent. Ook de deelname aan andere sociale netwerken zoals Facebook of Twitter, en aan een professioneel netwerk als LinkedIn nam tussen 2014 en 2016 licht toe.
Gebruik sociale netwerken:
bron: CBS
Nieuwe doelgroep
Er is dus een nieuwe online doelgroep aan het ontstaan. Deze doelgroep vertoont ander (online)gedrag en heeft andere interesses dan de jongere generatie. Deze nieuwe doelgroep heeft dus ook een aparte marketing strategie nodig! Dit zijn de belangrijkste kernwoorden om hierbij in je achterhoofd te houden: interesses, leesbaarheid, privacy en betrouwbaarheid, merkwaarde en individualiteit.
Bron: CBS