Zes op de tien mediabureaus in Amerika vindt reclame bij online video, op YouTube bijvoorbeeld, evenveel waard als op televisie.

Vrijwel alle door Strata ondervraagde bureaus (95%) gaan dit jaar voor hun klanten adverteren op een van de grote videokanalen. In Amerika is dat vrijwel altijd YouTube (81%), gevolgd door Hulu (40%) en Netflix (27%).

Het opmerkelijke is, dat deze bureaus geen goed idee hebben van wat ze eigenlijk kopen. Althans, wat de exacte waarde ervan is. De helft zegt dat ze dit jaar meer reclameruimte willen inkopen op social media en videosites. Daarbij maken ze echter wel de kanttekening, voor video, dat ze 47 procent niet goed weet wat het rendement van die investeringen is. En twaalf procent vindt de online videoresultaten niet goed.

In Nederland zijn vergelijkbare geluiden te horen. Zeker wanneer het om de jongere doelgroepen gaat, zijn deze via televisie al heel slecht te bereiken voor adverteerders. Dit deel van het publiek heeft sterk versnipperde mediaconsumptiepatronen. Niet zelden besteden ze minder tijd aan televisie dan op het web, social media en videosites.

Grote sites melden dat adverteerders daarom in 2013 significant meer ruimte zijn gaan inkopen op de grootste sites om hun tv-commercials toch maar onder de aandacht te brengen. Adverteren in de massamedia wordt steeds meer een specialisme voor bureaus met digitaal performance-DNA. Dat zijn niet meer per se de traditionele mediabureaus.

Bron: Emerce.nl